back
(dutch only)
  Wim Bosch zoomt nadrukkelijk in op beeldelementen die ontdaan zijn van opsmuk. Hij isoleert gegevens en vergroot zodoende bepaalde aspecten uit.
In zijn fotowerken staan interieurfragmenten of delen van (buiten)gevels centraal. De kunstenaar stuurt de blik van de kijker niet geforceerd in bepaalde richting maar is wel selectief in het aanbieden van beeldinformatie. Hij kiest de details met zorg en benadrukt de bijzondere status van fotowerken die een ogenschijnlijk objectief, alledaags, niet gemanipuleerd en samenhangend beeld geven.
Die aanpak combineert hij met de intenties van een stillevenschilder die verbijzondering van beeldelementen nastreeft.
De toeschouwer is in eerste instantie geneigd om de direct voor de hand liggende ‘buitenkant’ van de werkelijkheid af te tasten.
We zien verveloze kozijnen, een kale boomstam die pontificaal voor een raam staat en zodoende het uitzicht (en de inkijk!) belemmert,
versleten vitrages die nieuwsgierige blikken op afstand houden en privacy garanderen, afhangende deurkrukken, klimplanten, een antieke lamp, gebarsten stopverf, een oosters voerkleed en bloesem die ontluikt in een plantenbak die voor de buitengevel staat. Pas in tweede instantie ontwaren we een roodharig meisje, half verscholen achter het reflecterende raam en de boomstam. Op vergelijkbare wijze openbaren ook andere details zich pas na een grondige en intensieve verkenning van de fotowerken.
De boodschap is duidelijk: onder de oppervlakte gaat een tweede werkelijkheid schuil. Zonder daar ophef over te maken, focust Bosch zich op de relatie tussen binnen- en buitenwereld. Integer, met gevoel voor beeldbepalende details en respect voor intimiteit, dringt hij door in de beslotenheid van binnentuinen en in de wereld die verscholen gaat achter luiken, vitrages en halfgesloten gordijnen.

Wim van der Beek, Kunstbeeld #6 2007